• Boek 3 Artikel 68 (3:68 BW)

    Tegenstrijdige belangen

    Tenzij anders is bepaald, kan een gevolmachtigde slechts dan als wederpartij van de volmachtgever optreden, wanneer de inhoud van de te verrichten rechtshandeling zo nauwkeurig vaststaat, dat strijd tussen beider belangen uitgesloten is.

    Toelichting

    Vaak handelt de gevolmachtigde namens een volmachtgever met een andere partij – een derde/wederpartij. Het kan ook voorkomen dat de wederpartij in zo’n geval de gevolmachtigde zelf is. Dit wordt ook wel Selbsteintritt genoemd.

    Men stuit hier op het risico van belangenverstrengeling. De gevolmachtigde moet de belangen van de volmachtgever behartigen, maar tegelijkertijd ook zijn eigen belangen, aangezien hij zelf ook partij is bij de te verrichten rechtshandeling.

    In principe is het uitgesloten dat een gevolmachtigde met zichzelf handelt. Deze situatie is alleen toegestaan indien de inhoud van de te verrichten rechtshandeling zo duidelijk en nauwkeurig is vastgesteld, dat enige strijd van belangen is uitgesloten. Er zal en kan geen strijd zijn tussen de belangen van de gevolmachtigde en die van de volmachtgever. Als daar sprake van is, dan mag de gevolmachtigde met zichzelf handelen.

    Jurisprudentie

    Hoge Raad 3 februari 2012, ECLI:NL:HR:2012:BT6947 (ING/Dix q.q.).

    Hier oordeelde de Hoge Raad dat artikel 3:68 BW ertoe strekt te voorkomen dat de gevolmachtigde een invloed kan uitoefenen op de te verrichten rechtshandeling, die alleen in zijn voordeel is. Het gaat dus niet alleen om de inhoud van de te verrichten rechtshandeling, maar ook om de mogelijke invloed die de gevolmachtigde daarop kan hebben.