• Boek 6 Artikel 43 (6:43 BW)

    Toerekening betaling

    1. Verricht de schuldenaar een betaling die zou kunnen worden toegerekend op twee of meer verbintenissen jegens een zelfde schuldeiser, dan geschiedt de toerekening op de verbintenis welke de schuldenaar bij de betaling aanwijst.
    2. Bij gebreke van zodanige aanwijzing geschiedt de toerekening in de eerste plaats op de opeisbare verbintenissen. Zijn er ook dan nog meer verbintenissen waarop de toerekening zou kunnen plaatsvinden, dan geschiedt deze in de eerste plaats op de meest bezwarende en zijn de verbintenissen even bezwarend, op de oudste. Zijn de verbintenissen bovendien even oud, dan geschiedt de toerekening naar evenredigheid.

    Toelichting

    Dit artikel gaat over de volgorde van betaling. Het is in eerste instantie de schuldenaar die bepaalt welke verbintenis er wordt betaald. Wordt er door de schuldenaar geen verbintenis aangewezen waar de betaling betrekking op heeft, dan geldt dat daarmee de verbintenis wordt betaald die als eerste opeisbaar is geworden. Zijn beide verbintenis op hetzelfde moment opeisbaar geworden, dan geldt dat de meest bezwarende eerst wordt voldaan. Is daarin ook geen verschil, dan wordt de oudste verbintenis betaald. En als daar ook geen verschil in zit, dan wordt de betaling naar evenredigheid verdeeld.

    Jurisprudentie

    Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch, 3 februari 2015, ECLI:NL:GHSHE:2015:328
    Een aanwijzing, als bedoeld in artikel 6:43 BW, moet expliciet en voldoende duidelijk zijn.