• Boek 3 Artikel 300 (3:300 BW)

    Uitspraak dezelfde kracht als akte

    1. Is iemand jegens een ander gehouden een rechtshandeling te verrichten, dan kan, tenzij de aard van de rechtshandeling zich hiertegen verzet, de rechter op vordering van de gerechtigde bepalen dat zijn uitspraak dezelfde kracht heeft als een in wettige vorm opgemaakte akte van degene die tot de rechtshandeling gehouden is, of dat een door hem aan te wijzen vertegenwoordiger de handeling zal verrichten. Wijst de rechter een vertegenwoordiger aan, dan kan hij bepalen dat de door deze te verrichten handeling zijn goedkeuring behoeft.
    2. Is de verweerder gehouden om tezamen met de eiser een akte op te maken, dan kan de rechter bepalen dat zijn uitspraak in de plaats van de akte of een deel daarvan zal treden.

    Toelichting

    Als een schuldenaar verplicht is tot het doen van een bepaalde rechtshandeling – zoals het sluiten van een overeenkomst – maar weigert deze verplichting na te komen, dan kan de rechter hier te hulp schieten. De rechter kan namelijk bepalen dat zijn uitspraak dezelfde werking heeft als een akte, zowel onderhands als notarieel. Dit kan de rechter echter niet ambtshalve doen. Dit moet wel op vordering van degene die daar recht op heeft. Daarnaast gaat het hier om een discretionaire bevoegdheid van de rechter. Deze is niet verplicht over te gaan tot een dergelijke uitspraak en zal hier zelfs voorzichtig mee moeten omgaan.

     

    Jurisprudentie

    Geen jurisprudentie beschikbaar.