• Boek 3 Artikel 92 (3:92 BW)

    Eigendomsvoorbehoud

    1. Heeft een overeenkomst de strekking dat de een zich de eigendom van een zaak die in de macht van de ander wordt gebracht, voorbehoudt totdat een door de ander verschuldigde prestatie is voldaan, dan wordt hij vermoed zich te verbinden tot overdracht van de zaak aan de ander onder opschortende voorwaarde van voldoening van die prestatie.
    2. Een eigendomsvoorbehoud kan slechts geldig worden bedongen ter zake van vorderingen betreffende de tegenprestatie voor door de vervreemder aan de verkrijger krachtens overeenkomst geleverde of te leveren zaken of krachtens een zodanige overeenkomst tevens ten behoeve van de verkrijger verrichte of te verrichten werkzaamheden, alsmede ter zake van de vorderingen wegens tekortschieten in de nakoming van zodanige overeenkomsten. Voor zover een voorwaarde op deze grond nietig is, wordt zij voor ongeschreven gehouden.
    3. Een voorwaarde als in lid 1 bedoeld wordt voor vervuld gehouden, wanneer de vervreemder op enige andere wijze dan door voldoening van de tegenprestatie wordt bevredigd, wanneer de verkrijger van zijn verplichting daartoe wordt bevrijd uit hoofde van artikel 60 van Boek 6, of wanneer de verjaring van de rechtsvordering ter zake van de tegenprestatie is voltooid. Behoudens afwijkend beding, geldt hetzelfde bij afstand van het recht op de tegenprestatie.

    Toelichting

    Het eigendomsvoorbehoud is een constructie die vaak voorkomt in het handelsverkeer. Een simpel voorbeeld: een afnemer koopt 100 planken hout van een houtleverancier. De afnemer hoeft de factuur echter pas een maand later te betalen. De houtleverancier levert de planken onder eigendomsvoorbehoud. Pas als de afnemer de koopsom heeft voldaan, gaat het volledige eigendomsrecht over op hem. Tot die tijd is er sprake van een eigendomsvoorbehoud.

    Het eigendomsvoorbehoud zorgt ervoor dat de leverancier enige vorm van zekerheid heeft dat hij wordt betaald. Met andere woorden: dat zijn vordering wordt voldaan. De wet geeft een limitatieve opsomming van de soort vorderingen waar het eigendomsvoorbehoud zich voor leent. Het moet gaan om:

    1. Vorderingen die betrekking hebben op de tegenprestatie voor geleverde zaken of nog te leveren zaken door de vervreemder. Dit wordt ook wel leverancierskrediet genoemd. De houtleverancier levert elke maand 10 planken hout tegen bepaalde een koopprijs. De houtleverancier heeft hierdoor een vordering op de afnemer. Voor zo’n vordering kan een eigendomsvoorbehoud worden bedongen.
    2. Naast de levering van goederen kunnen er ook (bijbehorende) werkzaamheden worden verricht. Voor die werkzaamheden moet ook worden betaald en ontstaat er dus ook een vordering voor de leverancier. Ook voor die vordering kan een eigendomsvoorbehoud worden bedongen.
    3. Er is bij zo’n eigendomsvoorbehoud sprake van een overeenkomst. De afnemer kan zo’n overeenkomst niet nakomen. Er is dan sprake van tekortschieten. De leverancier heeft dan recht op een schadevergoeding. Ten aanzien van die schadevergoedingsvordering kan ook een eigendomsvoorbehoud worden bedongen.

    Voor andere vorderingen dan hierboven genoemd kan geen eigendomsvoorbehoud worden bedongen. Gebeurt dat wel, dan is deze nietig. Alleen het eigendomsvoorbehoud wordt dan als ongeschreven beschouwd. De rest van de overeenkomst blijft in stand.

    Jurisprudentie

    Geen jurisprudentie beschikbaar.