Titel 19 – Onderbewindstelling ter bescherming van meerderjarigen

Verhaal schulden

Schulden die voortspruiten uit een handeling, tijdens het bewind met of jegens de rechthebbende, anders dan in overeenstemming metartikel 438, tweede lid, verricht door een schuldeiser die het bewind kende of had behoren te kennen, kunnen niet op de onder het bewind staande goederen worden verhaald. Het einde van het bewind brengt hierin geen wijziging…. lees meer »

Derdenbescherming

Indien een rechtshandeling ongeldig is, omdat zij ondanks het bewind werd verricht door of gericht tot de rechthebbende, kan deze ongeldigheid aan de wederpartij slechts worden tegengeworpen, zo deze het bewind kende of had behoren te kennen. Indien een goed is vervreemd of bezwaard door iemand die daartoe ingevolge het bewind niet bevoegd was, kan… lees meer »

Beheer goederen

Tijdens het bewind komt het beheer over de onder bewind staande goederen niet toe aan de rechthebbende maar aan de bewindvoerder. Tijdens het bewind kan de rechthebbende slechts met medewerking van de bewindvoerder of, indien deze weigerachtig is, met machtiging van de kantonrechter over de onder het bewind staande goederen beschikken.

Twee bewindvoerders

De rechter kan twee bewindvoerders benoemen, tenzij gegronde redenen zich tegen zodanige benoeming verzetten. Zijn er twee bewindvoerders, dan kan, tenzij de rechter anders bepaalt, ieder van hen alle werkzaamheden die tot het bewind behoren, alleen verrichten. Bij verschil van mening tussen de bewindvoerders beslist op verzoek van één van hen of van een instelling… lees meer »

Beschrijving goederen

De bewindvoerder is verplicht zo spoedig mogelijk een beschrijving van de aan het bewind onderworpen goederen op te maken en een afschrift daarvan in te leveren ter griffie van de ingevolge artikel 266 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvorderingbevoegde rechtbank. De artikelen 339,363 en 364 van dit boek zijn van overeenkomstige toepassing. Indien tot het… lees meer »

Benoeming bewindvoerder

De rechter die het bewind instelt, benoemt daarbij of zo spoedig mogelijk daarna een bewindvoerder. Hij vergewist zich van de bereidheid en vormt zich een oordeel over de geschiktheid van de te benoemen persoon. Zo nodig kan een tijdelijke bewindvoerder worden benoemd. De rechter volgt bij de benoeming van de bewindvoerder de uitdrukkelijke voorkeur van… lees meer »

Aanwijzing goederen

In beschikkingen als bedoeld in de artikelen 432 en 433, tweede lid, van dit boekbepaalt de rechter ambtshalve welke goederen onder bewind worden gesteld, onderscheidenlijk uit het bewind worden ontslagen. Onderbewindstelling van een goed en het ontslag van een goed uit het bewind treden in werking daags nadat de beschikking is verstrekt of verzonden, tenzij… lees meer »

Zaakvervanging

Tenzij bij de onderbewindstelling anders is bepaald, omvat het bewind ook de goederen die geacht moeten worden in de plaats van een aan het bewind onderworpen goed te treden, benevens de vruchten en andere voordelen die een onder bewind staand goed oplevert. De kantonrechter kan, hetzij op verzoek van degene die gerechtigd is onderbewindstelling te… lees meer »

Verzoek tot bewind

Instelling van het bewind kan worden verzocht door de rechthebbende, zijn echtgenoot, zijn geregistreerde partner dan wel andere levensgezel, zijn bloedverwanten in de rechte lijn en in de zijlijn tot en met de vierde graad, degene die ingevolge artikel 253saof253t het gezag over de rechthebbende uitoefent, zijn voogd, zijn curator als bedoeld in titel 16… lees meer »

Vermogensrechtelijke belangen

De kantonrechter kan een bewind instellen over één of meer van de goederen die een meerderjarige als rechthebbende toebehoren of zullen toebehoren voor een bepaalde of onbepaalde tijdsduur indien de meerderjarige tijdelijk of duurzaam niet in staat is ten volle zijn vermogensrechtelijke belangen behoorlijk waar te nemen als gevolg van zijn lichamelijke of geestelijke toestand,… lees meer »