• Artikel 20 Faillissementswet (20 FW)

    Omvang faillissement

    1. Het faillissement omvat het gehele vermogen van de schuldenaar ten tijde van de faillietverklaring, alsmede hetgeen hij gedurende het faillissement verwerft.

    Toelichting


    Als gevolg van faillissement wordt er een beslag op het gehele vermogen van de schuldenaar gelegd. Met het gehele vermogen bedoelen we alle bestaande vermogensbestanddelen, maar ook alle toekomstige. Dus als de schuldenaar tijdens de faillissementsprocedure nog vermogensbestanddelen krijgt, vallen die ook onder het faillissementsbeslag.

    Vermogen

    Het vermogen van de schuldenaar bestaat uit alle zaken waarvan hij eigenaar is en de vermogensrechten waarvan hij rechthebbende is. Het gaat hier om het vermogen dat de schuldenaar heeft ten tijde van de faillietverklaring. Dus in het algemeen het begin van de dag waarop de schuldenaar failliet wordt verklaard.

    Er bestaan uitzonderingen op de regel dat het gehele vermogen van de schuldenaar onder het faillissement valt. Sommige dingen vallen buiten het faillissement. Zoals spullen die nodig zijn voor de uitvoering van werkzaamheden van de schuldenaar.

    Beschikkingsonbevoegd

    Door de faillietverklaring verliest de schuldenaar ook zijn bevoegdheid om over zijn vermogen te beschikken. De schuldenaar is dus niet langer bevoegd om zijn vermogen te vervreemden of te bezwaren. Dit betekent dat hij geen spullen meer kan verkopen. En dat hij bijvoorbeeld geen hypotheekrecht meer kan vestigen op zijn huis. De vermogensbestanddelen zijn nog wel van de schuldenaar, ze behoren nog wel tot hem. De schuldenaar verliest alleen zijn bevoegdheid om erover te beschikken.