Wat is het recht van parate executie?

parate executieOp grond van artikel 3:268 BW heeft een hypotheekhouder het recht van parate executie. Dit betekent dat als de schuldenaar zijn schuld niet meer kan betalen, de hypotheekhouder de bevoegdheid heeft om het verbonden goed in het openbaar te verkopen zonder dat hij een executoriale titel nodig heeft. Die titel verkrijg je van de rechter.

Bevoegdheid tot parate executie

Als de schuldenaar zijn verbintenis niet nakomt met betrekking tot de hypotheekhouder, dan is de hypotheekhouder bevoegd tot parate executie. De bevoegdheid van parate executie komt toe aan elke hypotheekhouder. Het maakt niet uit welke hypotheek eerder gevestigd was, elke hypotheekhouder heeft deze bevoegdheid. Deze bevoegdheid ontstaan van rechtswege, dus automatisch. Er hoeft niet ergens apart in de hypotheekakte te worden afgesproken dat de hypotheekhouder deze bevoegdheid heeft.

Verzuim van de schuldenaar

Pas op het moment dat de schuldenaar in verzuim is, ontstaat deze bevoegdheid. Als er sprake is van verzuim, wordt de vordering die bestaat op grond van de hypotheekakte opeisbaar. Ook zonder verzuim kan de hypotheekhouder overgaan tot parate executie. Hij kan in ieder geval bevoegd worden. De hypotheekhouder kan op grond van artikel 502 Rv namelijk op het bezwaarde goed een executoriaal beslag leggen, waardoor hij bevoegd wordt over te gaan tot parate executie.

Faillissement

Op grond van artikel 57 Fw heeft een hypotheekhouder ook een recht van parate executie. Hij kan zijn recht namelijk uitoefenen, alsof er geen faillissement is. Hij hoeft geen rekening te houden met de overige schuldeisers. Als er sprake is van een faillissement heeft de curator bepaalde mogelijkheden om de hypotheekhouder over te laten gaan tot parate executie. De curator kan de hypotheekhouder namelijk een redelijk termijn stellen om over te gaan tot parate executie. Dit volgt uit artikel 58 lid 1 Fw.

Wijze van verkoop

In principe zal de verkoop in het openbaar moeten plaatsvinden, samen met een notaris. Er bestaan wel mogelijkheden om de verkoop onderhands te laten plaatsvinden. Als een openbare executoriale verkoop niet de grootst mogelijke opbrengst oplevert, kan zowel de hypotheekhouder als de hypotheekgever verzoeken dat het verbonden goed via een onderhandse executoriale verkoop wordt verkocht. Dit kan worden verzocht bij de voorzieningenrechter.

Openbare verkoop

Onderhandse verkoop is dus wel mogelijk, maar in eerste instantie wordt er gebruik gemaakt van een openbare verkoop. Dit gebeurd in het bijzijn van een notaris. Bij een openbare executie verkoop moet aan de volgende vereisten worden voldaan.

  • De schuldenaar – hypotheekgever – moet op tijd op de hoogte worden gesteld door de hypotheekhouder dat hij wil gaan verkopen. Dit is met name van belang wanneer de schuldenaar een consument is. De hypotheekhouder mag pas twee maanden nadat de vordering opeisbaar is geworden overgaan tot executieverkoop. De schuldenaar moet eerst in verzuim zijn getreden, daardoor wordt de vordering opeisbaar. Twee maanden later kan de hypotheekhouder pas overgaan tot aanzegging dat hij wil overgaan tot verkoop. Dit volgt uit artikel 544 Rv.
  • Als de hypotheekhouder aan de schuldenaar laat weten dat hij over wil gaan tot uitwinning, dus tot verkoop, dan moet hij dat via een deurwaardersexploot doen. In artikel 544 lid 2 Rv staan de vereisten gegeven waar zo’n deurwaardersexploot aan moet voldoen. In dat exploot moet ook de notaris worden aangewezen ten overstaan van wie de executieverkoop plaatsvindt.
  • De notaris moet samen met de executant de voorwaarden voor de veiling opstellen. Dit volgt uit artikel 546 Rv in samenhang met artikel 517 Rv. Er bestaat veel vrijheid voor partijen om deze voorwaarden te bepalen, maar ze mogen niet zonder meer afwijken van de openbare verkoop. Ze mogen niet in de veilingsvoorwaarden bepalen dat de verkoop niet openbaar plaatsvindt. Dit kan alleen door de rechter bepaald worden.
  • De notaris moet daarna op een of meer openbare websites aankondigen dat het voornemen bestaat om over te gaan tot openbare verkoop. Het voornemen moet dus openbaar worden gemaakt. Aangezien de mogelijkheid tot onderhandse verkoop wel bestaat, moet hij in die aankondiging ook mededelen dat mensen onderhandse biedingen bij hem kunnen indienen. Dit volgt uit artikel 547 lid 2 Rv. Er is wel nog steeds een voorziening van de rechter nodig als men onderhands wil verkopen.

De hypotheekgever kan proberen de executie te schorsen. Dit kan hij doen indien er sprake is van een misbruik van recht. Dus misbruik van het executierecht voor de hypotheekhouder. De uitleg van misbruik van executierecht zie je hier!